skip to Main Content

De achterdeur van de supermarkt (deel 1)

Voedsel is leven, maar meer dan de helft ervan wordt weggegooid. Zonde! Voor onze portemonnee, maar ook voor het klimaat, ecosystemen en de voedselzekerheid in de wereld. Hoe kan dit anders? Onze reporter Jeannine ging op onderzoek uit en schreef een uitgebreide rapportage.
Eerst maar eens wat feiten op een rijtje…

Eénderde van al het afval dat geproduceerd wordt, is afkomstig van gewone huishoudens. Dit komt door ons consumptiegedrag; we kopen dingen die we niet perse nodig hebben, maar die we nodig zouden kunnen hebben. Vervolgens hebben we te veel gekocht of vergeten we wat we gekocht hebben en gooien we het uiteindelijk weg, omdat het bedorven of overdatum is.

Verspilling begint eigenlijk al voordat het voedsel onze koelkast of eettafel bereikt heeft, in de supermarkt. Als consument verlangen wij dat we op elk moment van de dag elk gewenst product van goede kwaliteit en met een lange houdbaarheidsdatum in de supermarkt kunnen kopen. We verwachten volle rekken en zijn niet flexibel. Dit betekent dat de supermarkt een groot assortiment heeft, meer dan we nodig hebben, en dat er veel producten weggegooid moeten worden, omdat de houdbaarheidsdatum verstreken is of het product er niet meer aantrekkelijk uitziet en daardoor niet verkocht wordt. Ten onrechte wordt vaak gedacht dat als een product over de datum is, het niet meer geschikt is voor menselijke consumptie. Maar de houdbaarheidsdatum is slechts maatgevend voor kwaliteit en geeft dus niet per definitie een gezondheidsrisico aan. Dat wordt vaak door consumenten wel gedacht, waardoor men het zekere voor het onzekere neemt en een product met een latere datum kiest, ook als het product nog dezelfde dag opgegeten zal worden. Maar meestal kun je producten nog gemakkelijk later dan die datum gebruiken, mits je ze goed bewaard hebt natuurlijk. De houdbaarheidsdatum van een product wordt echter bepaald door de producent en niet door de overheid. Houdbaarheidsdata worden steeds korter, want wanneer er meer wordt weggegooid, wordt er meer gekocht en dat betekent meer omzet voor de producent. Daarnaast worden houdbaarheidsdata aangescherpt, omdat producenten bang zijn voor aansprakelijkheid wanneer iemand ziek wordt van een product. Het afval van supermarkten zou verminderd kunnen worden als vraag en aanbod meer op elkaar afgestemd zouden worden. In ruil daarvoor zouden wij als consumenten moeten accepteren dat soms niet alles te krijgen is.

Supermarkten zijn niet eens de grootste verspillers van voedsel. Verspilling begint eigenlijk al op de akker, bij de oogst. De markt richt zich voornamelijk op het uiterlijk van een product. Als het er niet mooi uitziet, wordt het niet gekocht, want als consument vragen wij om perfectie. We vragen naar standaard, identieke en foutloze producten. Dat betekent dat er tal van ongeschreven regels bestaan over hoe recht een komkommer en hoe rood een tomaat zouden moeten zijn. Dit zijn criteria die niets met de kwaliteit van voedsel te maken hebben, maar alles met het uiterlijk daarvan. Producten die niet aan deze criteria voldoen, blijven tijdens de oogst al liggen. Een deel daarvan kan nog wel verwerkt worden in andere producten, zoals appels voor appelstroop en appelmoes, maar lang niet alles. In bijna alle gevallen bepaalt de markt deze criteria en niet de EU of de overheid. De markt bepaalt dus hoe kwaliteit gedefinieerd wordt. Deze industrialisatie van landbouw zorgt ervoor dat in sommige gevallen veertig procent van een oogst niet eens een handelaar of de supermarkt haalt.

Verspilling vindt dus plaats in de hele productieketen. De boer gooit gemiddeld twintig procent van zijn oogst weg, de industrie tien procent, de supermarkt vijf procent, de horeca vijfentwintig procent en de consument koopt twintig procent voor de afvalbak.

Iemand die zich afzet tegen deze verspilling van voedsel is Kaj, die sinds de zomer van 2010 doet aan dumpster diving. Het is misschien even wennen, maar het kan heel goed: voedsel eten dat door supermarkten of horecagelegenheden als ‘afval’ is afgedankt. Tijdens zijn fietsvakantie afgelopen zomer kon hij onmogelijk voor de hele vakantie eten meenemen. Onderweg kwam hij door verschillende dorpjes waar hij afvalbakken bij supermarkten buiten zag staan. Ze bleken goed gevuld met eetbaar voedsel. Zo is bij hem het idee ontstaan om, als pitstop onderweg, elke keer iets vanuit de afvalbak mee te nemen. En dit is hij blijven doen, ook bij terugkomst in Nederland. Daarvoor had hij er al wel eens van gehoord en regelmatig aan het einde van de dag bij verschillende markten in Amsterdam overgebleven eten mee naar huis genomen, maar dumpster diven bij supermarkten doet hij dus pas sinds kort. En dat gaat eigenlijk zo goed dat hij sinds de zomervakantie slechts twee keer ‘gewoon’ boodschappen heeft hoeven doen bij de supermarkt, waarvan één keer voor een feestje (hoewel je bier soms ook gewoon in de afvalbak kunt vinden!). Voor de rest heeft hij alleen maar ‘boodschappen’ gedaan bij de achterdeur van de supermarkt, noem het ‘VIP-shoppen’. Verse producten vindt hij eigenlijk altijd wel, zoals groente, fruit, maaltijdsalades, gesneden groenten, bepaalde typen toetjes en yoghurt drank. Maar ook langer houdbare producten, zoals pasta, rijst en olie, vindt hij regelmatig.

Op dit moment, in de winter, kan Kaj voor honderd procent leven van het eten dat hij vindt. Niet omdat hij niet genoeg geld heeft, maar omdat hij het zonde vindt dat er zoveel wordt weggegooid. Natuurlijk, het is gunstig voor zijn portemonnee, maar er ligt natuurlijk een probleem achter. Het liefst heeft hij dat supermarkten niets hoeven weg te gooien, maar zo lang dat wel het geval is laat hij graag zien hoe waardevol het afval nog is. Hij heeft niet alleen succes bij markten en supermarkten, maar ook bij andere winkels waar eten wordt verkocht en tankstations. De meeste plekken heeft hij zelf ontdekt door gewoon op onderzoek uit te gaan of bij toeval. Na een tijdje ontdek je ook wanneer de vuilnisbak buiten wordt gezet, wanneer welke producten in de vuilnisbak belanden, wanneer het vuilnis opgehaald wordt en wat dus eigenlijk de beste dag is per supermarkt om eten te halen.

Back To Top