Biobrandstoffen; een groene oplossing?
Een paar weken geleden zond Zembla een documentaire uit over Biobrandstoffen, Marjan Kloosterboer schreef er een opiniestuk over.
De Zembla documentaire over palmolie, niet iets waar je gezellig voor je ontspanning even voor gaat zitten. Vanuit studie oogpunt besloot ik op een lome zondagmiddag de documentaire toch te zien; en na wat extra research zat ik sprakeloos achter mijn laptop, dat dit kan bestaan zonder dat wij er weet van hebben. In Zembla werd gesproken over de eerste generatie biobrandstoffen, planten die via agricultuur worden verbouwd, in dit geval grote palmolie plantages. Deze biobrandstoffen worden onder andere gebruikt in Europa om aan het 20-20-20 EU beleid tegemoet te komen. Deze stelt dat in 2020 10% van onze transportbrandstoffen uit biobrandstof afkomstig moet zijn. Deze doelstelling zorgt ervoor dat wij op een groene manier ons consumptie patroon kunnen behouden, maar hebben wij ons ooit afgevraagd wat de sociale gevolgen van dit beleid zijn? Ik zal een introductie geven, bedenk wel, het is slechts het topje van de ijsberg wat ik bespreek. Lees en huiver.
Sinds 2008, de financiële en voedselcrisis, is de hoeveelheid ´land grab´ door grote MNEs en overheden gigantisch toegenomen. De wereld bank schat dat voor 2008 4 miljoen hectare land onderwerp was van land deals ten opzichte van 45 miljoen land op dit moment. Overheden en MNEs kopen land, vaak in delen van Azië, zuid Amerika en vooral in Afrika, met als doel het veiligstellen van voedsel, water en energie. In dergelijke landen is arbeid goedkoop en land gemakkelijk te verkrijgen. Lokale overheden verkopen land dat vanuit hun visie in overvloed is of op dit moment non productief. Hun doel is economische groei door, met behulp van de MNEs, toetreding op de wereld markt. Daarentegen wil non productief niet zeggen dat het niet van belang is voor de lokale gemeenschap, deze maken vaak al generaties lang gebruik van het land maar hebben geen juridisch bezit van het land. Hierdoor kunnen zij geen aanspraak maken op het land en kunnen om die reden zonder pardon verzocht worden te verhuizen wanneer hun land een andere, juridische, eigenaar kent.
Zoals ook te zien was in de documentaire van Zembla zijn er verschillende gevolgen, allereerst voor het milieu. Grote stukken bos worden afgebrand om plantages aan te planten wat leidt tot monoculturen en een vermindering van de biodiversiteit. Dieren worden verjaagd en bedreigd en door landbouw intensivering ontstaat het risico tot landerosie en het risico dat het land uitgeput, onvruchtbaar en daarmee onbruikbaar raakt. Waar de lokale bevolking gebruik maakte van oude landbouwtechnieken walsen grote bedrijven met moderne landbouwapparatuur over het land waarbij ze gebruik maken van onder andere pesticiden. Wanneer deze in het grondwater komen, wat wordt gebruikt door de lokale bevolking, is het nog giftig ook. Daarnaast kan de vraag gesteld worden, wanneer een land al kampt met voedselproblematiek, hoe het kan dat zij dan het land dat zij beschikbaar heeft gaat gebruiken voor biobrandstoffen? Het is duidelijk dat in veel gevallen het verbouwen van biobrandstoffen leidt tot concurrentie met voedselgewassen. Case studies tonen aan dat ook in de zogenoemde winwin situaties er nauwelijks tot geen sprake is van een wederzijdse win. Landbouw organisaties bestaan vaak niet of nauwelijks waardoor boeren niet in staat zijn zich te verenigen en op individuele basis onderhandelen over prijzen en productie. Afspraken worden vaak mondeling gemaakt, zonder afspraken over betalingen of productie, en zonder iets om op terug te vallen.
Natuurlijk, de lokale bevolking kan ook profiteren van deze land deals wanneer het leidt tot vergroting van de werkgelegenheid, ze gebruik kunnen maken van de know how en nieuwe technologieën van MNEs en wanneer zij op deze manier een markt kunnen betreden die anders onbereikbaar was. Helaas valt, na onderzoek van de Wereld Bank, te zien dat dit allemaal nog niet is bereikt. Onderzoek toont aan dat de lokale bevolking vaak slechter af erna dan ervoor is. Hoewel sommigen een financiële compensatie krijgen voor hun land is ook dat niet toereikend, een financiële compensatie is voor de korte termijn wellicht een oplossing, maar het is absoluut niet duurzaam. Land dat al generaties lang in bezit is geweest is een duurzaam bezit wat niet alleen inkomsten en voedsel voor de huidige generatie waarborgt, maar ook voor toekomstige generaties.
Maar kan er dan niet wat aan gedaan worden vraag je je dan af? Het is duidelijk dat biobrandstof gewassen in competitie zijn met voedselgewassen, dat heet schending van de mensenrechten.
Ja dat zou kunnen, als het niet zo was dat de overheden die juridisch de beschikking hebben over het land, percentueel gezien, vaak tot rijksten der aarde worden gerekend en geen belang hebben bij maatregelen wanneer dit ten koste gaat van hun winst en/of macht. Daarnaast hebben dergelijke landen buitenlandse overheden en MNEs nodig om op de internationale markt te kunnen opereren om de doodsimpele reden dat ze het zelf niet kunnen. In de jaren 80 vond er een neo liberalistisch hervorming plaats, gestimuleerd vanuit het IMF, de Wereld Bank en de VS, veel landen die wij nu kennen als ontwikkelingslanden waren het onderwerp van deze hervorming. Het doel was door middel van deze hervormingen een nieuwe ontwikkelingsstrategie aan te bieden. Hoewel veel landen beloofden te hervormen om aanspraak te kunnen maken op de financiële steun is dit vaak bij een belofte gebleven zonder daadwerkelijk tot uitvoering te komen. Deze landen zitten nu met een politieke en economisch onstabiel systeem, dit terwijl een ondernemersklimaat niet tot nauwelijks levensvatbaarheid heeft zonder zulke stabiliteit. Daarnaast kennen wij in de wereld veel regelingen die geen economische rationaliteit kennen, te noemen dingen als bilaterale regelingen en subsidies. Ook zijn de upfront costs om deel te kunnen nemen op de wereldmarkt vaak zo hoog, om aan de strenge westerse eisen te voldoen, dat dat simpelweg niet opgebracht kan worden. Tenslotte kan een land wel veel gaan investeren in zulke eisen, maar dat betekend dat er minder geld beschikbaar is voor onderwijs en sociale voorzieningen. Dus hoe dan ook, de lokale bevolking is per definitie de dupe.
Er worden tegenwoordig wel dingen ondernomen als een code of conduct, de round tables (te zien in zembla; de RSPO) en labelling om goede werkomstandigheden, zorg voor de lokale bevolking en zorg voor het milieu te waarborgen. Echter, het komt allemaal nog niet echt van de grond door gebrek aan transparantie in het hele land buying system. Vaak gebeuren deze aankopen nog in achterkamertjes, en hoewel we tegenwoordig met behulp van GoogleMaps de hele wereld kunnen bekijken staat er natuurlijk niet op elk stuk land geschreven wie de eigenaar is.
Geschat wordt door Friends of the Earth dat wanneer wij onze EU regulering in 2020 willen gaan behalen met (eerste generatie)10% biobrandstoffen 100 miljoen mensen meer in honger zullen zijn. Om het nog erger te maken, 600 miljoen extra mensen hebben honger wanneer wij mondiaal onze biobrandstof ambities willen gaan behalen met behulp van eerste generatie biobrandstoffen. De vraag is dus, hoe groen zijn biobrandstoffen nog wanneer er zoveel bloed aan kleeft? Mijn in ziens kunnen wij beter breed gaan inzetten op energiereductie en efficiëntie, dan onze energieconsumptie in stand te houden met behulp van biobrandstoffen.
Hier een link naar de desbetreffende uitzending van Zembla.