Jan de Winter: een duurzame ondernemer
“Ik werk mee aan een windmolenproject dat voor 30% in de energiebehoefte van Kenia gaat voorzien.”
Jan de Winter is een duurzame en bioligsche boer die betrokken is bij verschillende windmolenprojecten. Buiten het windmolenpark in zijn achtertuin heeft hij meegewerkt aan een project in Groningen en werkt hij op dit moment mee aan een gigantisch windmolenpark in Kenia. Redacteur Lisa Boerop zocht hem op om hem te interviewen.
Wat doet u precies?
“Ik ben een biologische boer en probeer alles zo duurzaam mogelijk te doen. Mijn echte duurzame tak is windenergie. Momenteel zit ik met tien andere boeren in een project waarbij we letterlijk windmolens in onze achtertuin hebben gezet. Daar zijn wij vanaf 1999 mee bezig geweest, in 2002 is het windmolenpark hier geopend. Het behoorde tot één van de eerste windmolenprojecten in de polder. Ik ben bestuurslid van dit project. Twee andere bestuursleden zijn toen met Growind in Groningen begonnen, waar ik de mogelijkheid had om later ook bij in te stappen, en waar ik geen bestuurlijke functie heb. In dit project zitten in totaal 30 deelnemers en 21 windmolens. Ook zijn wij bezig met een groot windmolenproject in Kenia.”
Hoe bent u op het idee gekomen om in de windmolenbranche te gaan werken?
“Ik ben ooit begonnen als een gewone boer, maar heb op een gegeven moment de stap naar biologisch boeren gezet. Ik kwam er toen achter dat we nog veel duurzamer konden worden door wat met windmolens te gaan doen. Dit moest ik samen doen met de boeren in de omgeving, die allemaal positief op het idee reageerden, hoewel ze schrokken van de prijs. Eén windmolen kostte toen namelijk 1,72 miljoen euro. Met de bouw van zes windmolens kwamen we dus boven de 10 miljoen euro uit, en dat is best een pittig bedrag. Ondanks dat zijn wel alle boeren mee gaan doen met het project.”
Was duurzaamheid een belangrijke reden om iets met windenergie te gaan doen?
“Het is voor ons wel belangrijk, ja. Duurzaamheid paste binnen het totale lijntje van vooruitgang. Met overstappen op biologisch zette ik de eerste stap richting duurzaamheid, en eigenlijk was het daardoor heel logisch om een tweede duurzame stap te zetten door iets met windmolens te gaan doen.”
U bent momenteel ook bezig met een groot windmolenproject in Kenia. Kunt u daar wat meer over vertellen?
“In Noord-Kenia zijn we bezig met het ontwikkelen van een groot windmolenproject dat voor 300 mW aan energie moet voorzien, dat is 30% van de energiebehoefte in Kenia. Een concrete hoeveelheid windmolens is lastig te geven, vooral omdat we ons niet op de hoeveelheid windmolens willen richten maar op de hoeveelheid energie die ze produceren. In het huidige plan zullen er 271 gebouwd worden, maar dit kan altijd veranderen.
Het project loopt op dit moment helaas vast, mede door de economische crisis. Het lukt ons niet om in Kenia een hoogspanningslijn aan te leggen omdat de investeerders er momenteel geen geld in kunnen stoppen. Zodra dit probleem opgelost is kunnen we verder gaan met het ontwikkelen van het project.”
Waarom Kenia?
“Omdat op de locatie waar we de windmolens neer willen zetten heel makkelijk heel veel energie op te wekken is. Ze komen dicht bij een groot meer te staan dat omringd is door bergen. De wind kan eigenlijk maar door één bergpas weg, en dat is waar de windmolens komen. Effectiever dan dit kan dus eigenlijk niet. Het politieke klimaat in Kenia is helaas niet geweldig, maar Kenianen zijn nog ontzettend te vormen doordat ze bang zijn voor de wereldopinie, maar er tegelijkertijd ook ontzettend afhankelijk van zijn.”
Stel, een student leest dit en denkt: ‘goh, windenergie, dat is gaaf! Daar wil ik later ook wel wat mee gaan doen.’ Wat voor advies zou u dan geven?
“Nooit aan beginnen. Windenergie is dusdanig complex dat je daarin eerst kennis moet hebben opgebouwd, als je er nog geen ervaring mee hebt. De subsidieregelingen, vergunningen en andere regelingen van de provincie zijn zo complex dat het niet verstandig is om er in te beginnen, ondanks dat het heel leerzaam zal zijn. Wat wel kan is windenergie produceren voor een groot energiebedrijf. Dan heb je dus wel een windmolen, maar heb je niet te maken met de meeste ingewikkelde zaken erom heen. Maar voor een student is dit natuurlijk nog steeds niet reëel.”