skip to Main Content

Waarom wordt Shell geen duurzaam energiebedrijf?

Waarom Wordt Shell Geen Duurzaam Energiebedrijf?

Follow This

Shell een duurzaam energiebedrijf? Het had gekund. Dinsdag 24 mei was de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering van Shell. Een unieke jaarvergadering: nog nooit eerder was er zo’n grote groep aandeelhouders verenigd met als doel om Shell in een duurzame richting te sturen. Mark van Baal, oprichter van Follow This en drijvende kracht achter het verenigen van de aandeelhouders rondom deze duurzame visie, was na afloop tevreden. “Duurzame energie staat op de agenda, en komt er niet meer van af totdat Shell een duurzaam energiebedrijf is.”

Shell richting duurzaam?

De zaterdag voorafgaand aan de aandeelhoudersvergadering kondigde Shell aan om definitief in duurzame energie te investeren, te beginnen met investeringen in grootschalige windenergie. Het bedrijf richt een aparte bv op voor “New Energies”, waar zij jaarlijks een bedrag van $200 miljoen in investeert. In absolute zin een forse hoeveelheid geld, maar op een jaaromzet van $421 miljard en winst van $14,7 miljard (beide over 2015) is het geen groot percentage.

Twee andere energiebedrijven hebben de afgelopen jaren een vergelijkbare splitsing van fossiele en duurzame activiteiten gemaakt: E.on en RWE. Ondanks een belangrijk verschil – RWE en Eon werken veel met kolen, Shell met gas en olie – is een parallel interessant. Bij E.on en RWE is de splitsing ontstaan uit de wens om economisch verder te ontwikkelen. De constatering dat het toekomstige rendement op duurzame energiebronnen vele malen hoger is dan het  verwachte (negatieve) rendement op hun fossiele activiteiten lag aan de basis. De bedrijven zijn zelfs zo ver gegaan, dat zij ingecalculeerde verliezen op hun fossiele tak in het duurzame bedrijf hebben gestopt, omdat deze daar nog terugverdiend kunnen worden.

Voor Shell leek de stap om een aparte bv voor duurzame activiteiten op te richten meer geboren uit maatschappelijke druk, zeker gezien de zeer beperkte investeringen. Shell geeft aan dat het nieuwe bedrijf zich in de komende periode vooral gaat richten op windenergie. Welke rol het bedrijf in deze bestaande sector inneemt, gaan we in de komende periode zien. Overigens: een dag na de aandeelhoudersvergadering maakte Shell bekend dat zij nog eens 2200 banen gaat schrappen, bovenop de 10.300 banen waarvan eerder al is aangekondigd dat deze gaan verdwijnen. De gedwongen ontslagen zullen vooral vallen in de divisie die zich bezig houdt met het opsporen en oppompen van ruwe olie. De lage olieprijs dwingt Shell hierdoor zijn fossiele activiteiten te verminderen om als bedrijf winstgevend te blijven. Interessant!

ScreenHunter_70 May. 26 22.08

De ‘Shelldialogen’

Twee maanden geleden kondigde Jelmer Mommers, redacteur bij De Correspondent, de start van de ‘Shelldialogen’ aan: een serie gesprekken met medewerkers van Shell over de rol en toekomst van zowel het bedrijf als de sector. De dialogen zouden een parallel moeten vormen met wat Joris Luyendijk de afgelopen jaren in de Londense City rondom de financiële sector heeft gedaan. Afgelopen weekend is het derde interview in deze serie verschenen.

De rode draad in al deze verhalen is vrij eenvoudig: mensen zijn trots dat ze voor Shell werken, maar zien steeds meer maatschappelijke weerstand ontstaan. Daarnaast leggen ze allemaal nadruk op de enorme impact van energie op de ontwikkeling van de bevolking in ontwikkelingslanden. Dit motiveert hen om ook deze mensen toegang te geven tot energie. Fossiele energie is op dit moment vaak de goedkoopste oplossing, en in de praktijk de meest logische stap.

Wat al deze medewerkers niet benoemen, is het feit dat hun Shell door het verder uitbouwen van fossiele activiteiten ook ontwikkeling onmogelijk maakt. Directe consequenties van het uitbouwen zorgen voor veel schade: denk aan transport met alle bijbehorende risico’s op ongelukken; vervuiling rondom wingebieden; conflicten tussen instabiele regimes om macht en geld – helaas zijn er voldoende voorbeelden te vinden. De indirecte consequentie – klimaatverandering – zorgt zoals bekend voor meer extreem weer, daardoor mislukte oogsten, met hongersnood als gevolg. Dit is weer een bron voor conflict en humanitaire rampen. Wel levert de oliewinning banen en een lichte economische groei op – maar is dat het waard?

Oorzaak & gevolg

Even een zijstapje. Naast de aandeelhoudersvergadering van Shell wordt deze week in Istanbul, op initiatief van Ban Ki-Moon, een grote VN-top over Humanitaire hulp georganiseerd. De top is bijeengeroepen omdat het aantal conflicthaarden op de wereld verder toeneemt. De hulporganisaties kunnen de hoeveelheid en ernst van deze crises met hun huidige capaciteit en werkwijze niet meer aan.

Nu wordt het interessant. De humanitaire organisaties, grotendeels gefinancierd met publiek geld, zijn hard bezig om het leed als (vaak indirect) gevolg van klimaatverandering te reduceren. Vooral in ontwikkelingslanden willen zij de randvoorwaarden scheppen om ontwikkeling weer mogelijk te maken. Net als de hulpverleners hebben de medewerkers van Shell de intrinsieke motivatie om verdere ontwikkeling voor deze vaak kwetsbare bevolkingsgroep mogelijk te maken. Tegelijkertijd zien we dat de fossiele energiesector als groep organisaties – door directe en indirecte schade – deels de veroorzaker is van het beperken van de mogelijkheden tot ontwikkeling.

Dus: private bedrijven, waaronder Shell, creëren waarde voor aandeelhouders, en waarde voor individuele gemeenschappen in ontwikkelingslanden. Tot zover uitstekend. Publieke organisaties zorgen voor humanitaire hulp wanneer daar behoefte aan is. Ook uitstekend. Maar tegelijkertijd is er een sector van private organisaties, die gezamenlijk negatieve waarde creëert voor grote bevolkingsgroepen. Moet dat zo maar kunnen? Vanuit systeemperspectief lijkt het vreemd.

Nigerdelta

Leiderschap

Om het proces van het creëren en oplossen van problemen te doorbreken, is het reduceren van problemen het meest zinvol. Omdat het op dit moment politiek niet haalbaar is – noch Europees, noch wereldwijd – om wettelijk de negatieve externaliteiten (gevolgen) van broeikasgassen te beprijzen of te beperken, is het aan private organisaties zelf om leiderschap te tonen. In toenemende mate zien we zowel grote multinationals als kleine start-ups die dat doen.

Als je de Shell-dialogen goed leest, past duurzame energie fantastisch binnen de cultuur van het bedrijf. De multinational, met al zijn gedreven medewerkers, wil bijdragen aan globale ontwikkeling door grootschalig toegang te bieden tot betaalbare energie. Shell wil dat doen op een financieel rendabele manier, zodat zij ook in de toekomst deze bijdrage kunnen blijven leveren. De bal om leiderschap te nemen lag tijdens de aandeelhoudersvergadering dan ook heel duidelijk bij het bestuur van Shell.

De aandeelhoudersvergadering

De aandeelhoudersvergadering opende met een flitsend filmpje over de duurzame toekomst van de aarde, waarbij Shell voor zichzelf een belangrijke rol ziet om hieraan bij te dragen. Wel werd tijdens de vergadering duidelijk dat het bestuur van Shell zelf sturing wil houden op de activiteiten die Shell ontplooit. De motie, waarin werd opgeroepen om alle winsten uit fossiele activiteiten te investeren in duurzame activiteiten, werd met 97% van de stemmen verworpen.

Toch is Mark van Baal niet ontevreden. “Met 100 miljoen aandelen ter waarde van €2,5 miljard achter deze motie hebben we een duidelijk signaal afgegeven aan het bestuur van Shell. Duurzame energie staat op de agenda, en komt er niet meer van af totdat Shell een duurzaam energiebedrijf is.” De grote pensioenfondsen hebben hun steun betuigd aan het idee achter de motie, maar hebben niet voor gestemd, omdat zij deze strategische beslissingen bij het bestuur van Shell thuis vinden horen. Wel roepen deze pensioenfondsen Shell op om meer leiderschap te tonen in de energietransitie.

Hoe nu verder?

Dat we voorlopig niet zonder fossiele energievoorziening kunnen om onze kwaliteit van leven te behouden, is duidelijk. Dat we desondanks de energietransitie een stuk sneller kunnen laten verlopen door met overtuiging grootschalig in te zetten op zon, wind, opslag en smart grids, ook niet. Er zijn technologische barrières, maar omdat we op dit moment ver blijven van de grenzen wat technologisch mogelijk is, worden deze grenzen ook nauwelijks verlegd.

We weten inmiddels wat de aandeelhouders van Shell verlangen: rendement, het liefst op korte termijn. Inmiddels is ook gebleken dat aandeelhouders een structureel duurzame koers niet af kunnen dwingen. Wanneer blijkt dat Shell te beperkt leiderschap toont in de transitie naar een duurzaam energiesysteem, is het dus aan andere organisaties om duidelijk te maken dat duurzame energie op korte termijn loont. Door dit signaal af te blijven geven, en dit te blijven verbinden aan de intrinsieke motivatie van medewerkers van Shell – betaalbare energie voor iedereen – kunnen we het pad voor Shell in de goede richting effenen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top