Sustainable Development Goal 1: De strijd tegen armoede
“Het uitroeien van armoede is geen teken van liefdadigheid, maar een daad van rechtvaardigheid… Zolang armoede bestaat, is er geen werkelijke vrijheid”
~ Nelson Mandela
Het eerste doel binnen deze SDG-reeks, de uitroeiing van armoede overal en in iedere vorm, vormt in de ogen van de Verenigde Naties (VN) een van de grootste dilemma’s van onze generatie. Ondanks dat extreme armoede relatief gedaald is, van 28 procent in 1999 naar 11 procent in 2013, leven nog steeds 896 miljoen mensen van minder dan 1,90 dollar per dag, veelal in Zuid-Azië en Sub-Saharaans Afrika. Armoede is meer dan het gebrek aan financiële middelen – het reflecteert een gebrek aan kansen die vaak gerelateerd zijn aan onderwerpen zoals educatie, gezondheidszorg, discriminatie en honger.
De targets: extreme armoede en sociale zekerheid
Specifieke targets die de uitroeiing van armoede in 2030 moeten bewerkstelligen beslaan zowel financiële als sociale dimensies. Zo moet extreme armoede geheel uitgeroeid worden en algemene armoede gehalveerd worden. Daarnaast moet op nationaal niveau beleid komen voor sociale bescherming tegen armoede, moet de weerbaarheid tegen externe rampen verhoogd worden en moet iedereen gelijke rechten en toegang krijgen tot economische middelen en diensten. Op internationaal niveau moeten middelen voor armoedebestrijding gemobiliseerd worden en beleidskaders opgesteld worden ten gunste van armen.
Het meten van regionale ongelijkheid
Om te weten of we op de goede weg zijn met betrekking tot het behalen van de targets, heeft de VN een database opgesteld. Hierin kun je opzoeken wat de statistieken zijn van iedere afzonderlijke target en ieder land (mocht je zelf meer onderzoek willen doen, klik dan hier of hier). Een algemene trend binnen SDG 1 is dat de regionale ongelijkheid groter lijkt te worden. Een voorbeeld is de target sociale zekerheid. Zoals eerder genoemd zijn sociale zekerheid verzekeringen cruciaal in het bestrijden van armoede. Op dit moment valt 45.17 procent van de wereldpopulatie onder ten minste één sociale verzekering. In het Westen van Europa is dit percentage maar liefst 99.19 procent, waar het in Westen van Afrika slechts 8.67 procent is.
Oxfam en de VN: bedrijven tegen armoede
Een mooi voorbeeld van wat er gebeurt op het gebied van SDG 1 is de samenwerking tussen Oxfam en de VN gericht op het bewust maken van de invloed die bedrijven op armoede hebben. Via de zogeheten ‘poverty footprint’ kunnen bedrijven meten hoe zij armoede beïnvloeden en hoe zij via aanpassingen een positieve(re) invloed kunnen hebben. Via de poverty footprint kwam Unilever tot de conclusie dat door het aanbieden van meer deeltijdbanen binnen hun product Kecap Bango, zij een positievere invloed op de armoede in Indonesië konden hebben. Door het meten van hun impact op armoede kunnen bedrijven effectieve oplossingen aanbieden, want meten = weten!
De situatie en het beleid van Nederland
In Nederland komt geen extreme armoede voor. Echter leeft 10,4% van de Nederlandse bevolking onder de nationale armoedegrens van 33 euro per dag, waaronder 320.000 kinderen. Wereldwijd en binnen Europa doet Nederland het relatief goed, maar zoals de cijfers laten zien is er nog zeker ruimte voor verbetering. Nederland speelt ook een rol in het bestrijden van armoede buiten de grenzen. Joël Voordewind, ambassadeur voor SDG 1, zegt hierover: “We [ChristenUnie] hebben als coalitie in het regeerakkoord geschreven dat we het succesvolle Nederlandse noodhulpcluster Dutch Relief Alliance willen voortzetten.”
Voorbeeld Nederland: Stichting Urgente Noden
Een stichting binnen Nederland die zich inzet tegen armoede is Stichting Urgente Noden (SUN) Nederland. Zij bieden financiële hulp voor mensen die tussen wal en schip dreigen te vallen. Maigreït Kruijer, locatiemanager SUN Leiden, benadrukt dat “het fonds financiële noodhulp geeft aan de inwoners van Leiden, die in een acute financiële noodsituatie verkeren en niet in aanmerking komen voor een wettelijke voorliggende voorziening.”
Wat kun jij doen tegen armoede?
De klassieke methode, geld doneren, is voor de platzakke student niet de ideale manier. Gelukkig kan het ook anders: zo kun je bestaande projecten steunen, bijvoorbeeld op het gebied van sport, voedsel of hobby’s, of een eigen project opzetten bij onder andere Arme Kant van Nederland/EVA. Omdat we weten dat armoede vaker voorkomt in huishoudens met een laag opleidingsniveau en niet-westerse achtergrond, kun je overwegen om bij te dragen aan educatie- en/of taalprojecten. Een van mijn favoriete projecten is de Voorleesexpress – met een uurtje per week kun jij een wereld van verschil maken binnen een gezin.
Meer lezen?
Onna licht in haar reeks iedere maand een nieuwe SDG toe. Lees hier deel 1!
[…] En wat kan jij zelf doen? Hier lees je waarom zij aan de reeks is begonnen, hier lees je over SDG 1, de strijd tegen armoede, en SDG 5, […]