Is uw tuin ook SPATwaterdicht?
‘Er wordt hier gespit en er wordt hier geboord. Ik kijk recht in een smal gat dat volgens mij ergens in Australië uitkomt als ik dat zo zie.’ Het zijn de introducerende woorden van radioverslaggever Robert-Jan van RTV-Utrecht1 die een veldwerkdag in Bunnik komt bezoeken. Samen met Jesse Schoenmakers, medeoprichter van het bedrijf SPATwater2, duiken wij vandaag namelijk wat dieper in de grond om door middel van bodemclassificatie en infiltratiemetingen de reactie van de bodem op weerextremen in kaart te brengen. ‘Dat roept een hoop vraagtekens op’, zo verslaat Robert-Jan. Dat gaan we even wat beter uitleggen.
Weerextremen
Onder de steeds meer bekende gevolgen van de opwarming van de aarde en het daarmee veranderende klimaat valt ook het toenemen van weerextremen3. Dat wil zeggen: vaker intense regenbuien of extreme droogte. Zo erg kan dat niet zijn, af en toe een beetje extra water voor de plantjes of zelf een beetje extra water geven, toch? Als we wat beter kijken, komen we helaas tot een andere conclusie. Van vermindering van de kwaliteit van de kostbare bodems waarop de voor ons nog kostbaardere bezittingen staan uitgestald, tot mislukte oogsten en overbelasting van het riool. Het zijn slechts enkele voorbeelden en helaas ook nog eens alleen de direct zichtbare gevolgen. De gevolgen strekken zich al uit tot in je eigen tuin, dus er een beetje mee bezig zijn is misschien zo gek nog niet.
Aanpassen
‘Slim zijn is het vermogen om met veranderingen om te gaan’, zo fluisterde Stephen Hawking ooit in het oor van de gemeente Bunnik. SPATwater bleek vervolgens de geschikte partij om deze woorden kracht bij te zetten. Om te kijken hoe met deze weerextremen het best om te gaan wordt daarom door hen de bodem in kaart gebracht. Met deze informatie kan vervolgens bepaald worden waar het regenwater naar toe moet, waar het water voor overlast zorgt en hoe er zo veel mogelijk in de bodem kan gaan om de effecten van droogte te beperken. Dit aanpassen aan het klimaat wordt in vaktermen ook wel ‘klimaatadaptatie’ genoemd, één van de specialiteiten van SPATwater. De vraag of de gemeente niet liever helemaal geen problemen had gehad, druipt van retoriek. Maar inmiddels zijn we zo ver dat we ons wel zullen moeten aanpassen aan het hemelse gedruip. Aan de slag dus!
Veldwerk
Terwijl Jesse de ‘boor’ (aldus radioverslaggever Robert-Jan) in de grond steekt om de verschillende lagen van de bodem te beoordelen op doorlatendheid van water, open ik de rode dop van mijn met water gevulde jerrycan voor een infiltratiemeting. Nog geen twee minuten later worden wij benaderd door een tweetal agenten die ter plaatse zijn vanwege een melding. Er zouden twee jonge mannen olie in de grond aan het lozen zijn. We leggen ze uit dat we door het gieten van water in een cilinder op de grond kunnen aflezen hoe snel water de bodem in stroomt. ‘Zo krijgen we dan een beeld van hoe snel regenwater door de bodem kan worden opgenomen’. Oh, en dat er dus water in de jerrycans zit, bijna vergeten te vertellen.
Opgelucht verlaten de agenten het toneel en noteren wij de nodige waarden die later verwerkt zullen worden. Als laatste graven wij een stukje uit de toplaag van de grond waarop het leukste van het veldwerk kan beginnen: wormen tellen! Met onze vingers halen we voorzichtig stukjes aarde weg en turven de wormen. De wormen zorgen voor gangen in de bodem waardoor het water van extreme regenbuien nog makkelijker kan wegstromen. Extreme regenwormen, ook wel.
Problemen? Kansen!
Van handen in de aarde naar de aarde in handen hebben. Althans, zo voelt het een beetje als je de effecten van klimaatverandering aan het indammen bent. Met de resultaten kan namelijk bepaald worden welke maatregelen nodig zijn om het water op de juiste manier over de bodem te verdelen, zodat plekken waar overstroming kan optreden plekken van droogte kunnen aanvullen met water. Niet alleen een probleem oplossen, maar tegelijk een kans aangrijpen, dus.
‘Ik maak me wel zorgen om het klimaat, ja’, vertelt een door Robert-Jan benaderde buurtbewoner. De maatregelen beperken zich namelijk niet tot het park waar onze crime-scene zich afspeelt. Ook in tuinen van mensen die zich voor het project hebben opgegeven worden de metingen gedaan. Hier kan volgens SPATwater nogal wat gewonnen worden. Met een ‘kanskaart’ willen zij vervolgens de dingen die men zelf kan (laten) doen ten behoeve van klimaatadaptatie inzichtelijk maken.
‘Ik zie aan uw gezicht dat u het even moet laten bezinken, om eventjes in water termen te spreken’, besluit Robert-Jan zijn verslag. En ik ben het helemaal met hem eens.
Referenties
- https://www.rtvutrecht.nl/radio/aflevering/aan-tafel/3601520_20230814120000
- https://www.spatwater.nl/
- Coumou, D., & Rahmstorf, S. (2012). A decade of weather extremes. Nature climate change, 2(7), 491-496.