skip to Main Content

Hoe arme gebieden de dupe worden van de uitstoot van rijke gebieden

Hoe Arme Gebieden De Dupe Worden Van De Uitstoot Van Rijke Gebieden

Waar de leden van Extinction Rebellion momenteel wereldwijd protesteren voor een beter milieubeleid, zijn het juist de landen waar niet geprotesteerd wordt die als eerste slachtoffer worden van klimaatverandering. Het kromme hieraan is dat deze gebieden, waar de mensen nochtans in armoede leven, zelf niet verantwoordelijk zijn voor deze consequenties. Simpel gezegd: het zijn de gebieden van de ‘Global South’* die de dupe worden van de milieuvervuiling veroorzaakt door welvarende landen. In de praktijk is dit echter complexer dan je zou denken.

Door: Wisse Herder

Dat de ‘Global South’ heftiger getroffen zal worden door klimaatverandering is al vrij lange tijd bekend. Hierdoor heeft het onderwerp er toe geleid dat inmiddels al een flinke schare deskundigen bijeen is getrommeld, die zich verenigen in een nieuw juridisch vakgebied genaamd ‘climate justice’. Binnen dit vakgebied is er een kleine groepering die deze gang van zaken ecocide noemt. Zoals deze naam al suggereert wordt de systematische vernietiging van ecosystemen vergeleken met de vernietiging van volkeren, oftewel genocide. Vrij vertaald is de definitie van ecocide als volgt: “Verlies of schade aan, of vernietiging van de ecosystemen van een gegeven territorium, in zulke mate dat de inwoners er niet meer vredig van kunnen genieten” (ecocidelaw.com). Het gaat dus om meer dan slechts het vernietigen van de natuur, maar juist om de gevolgen die dit heeft op de mensen die gebruik maken van de natuur.

Arme gebieden en ecocide

Maar waarom zijn het nu juist de landen in de ‘Global South’ die het slachtoffer zijn van dergelijke ecocides? Het antwoord op deze vraag vindt haar grondslag deels in de geografische ligging van veel van deze gebieden. In het geval van de Marshall-eilanden zorgt de locatie van het gebied, namelijk in de Stille Oceaan, er  voor dat ze vatbaarder zijn voor de gevolgen van zeespiegelstijging. De economische capaciteiten van het gebied spelen echter ook een belangrijke rol. Nederland is namelijk eveneens erg vatbaar voor zeespiegelstijging, aangezien ook ons land onder de zeespiegel ligt. Een belangrijk verschil is dat ons land wel de middelen heeft die nodig zijn om hier maatregelen voor te treffen. Denk hierbij aan het aanleggen van dammen en dijken. De Marshall-eilanden hebben deze niet tot hun beschikking, waardoor zij zich niet kunnen verdedigen tegen het stijgende water.

De economische positie van deze gebieden legt ook de basis voor een ander gevolg van klimaatverandering waar deze landen het slachtoffer van worden. Veel van deze landen zijn economisch erg afhankelijk van grondstoffen die zich in hun territoria bevinden. Wanneer deze grondstoffen verminderen of verdwijnen als gevolg van klimaatverandering zorgt dit niet alleen voor economische instabiliteit, maar ook voor politieke instabiliteit. Er kunnen binnenlandse conflicten ontstaan tussen groepen die strijden voor het bezit van de nieuwe schaarste. In veel rijkere landen, met uitzondering van de oliestaten, is deze afhankelijkheid van grondstoffen veel minder, aangezien het grootste deel van het geld vaak via de dienstensector binnen geharkt wordt.

Koolstofkrediet

Het centrale probleem binnen het vakgebied van ‘climate justice’ is dat de klimaatverandering waar de arme gebieden slachtoffer van zijn, veroorzaakt is door de acties van de rijke gebieden. De wetenschap hierachter valt te halen uit één van de afspraken van het Kyoto-protocol, namelijk dat er grenzen liggen aan de hoeveelheid CO2 die een land jaarlijks mag uitstoten. Wanneer een land over deze limiet heen gaat, wat al sinds de industriële revolutie het geval is voor bijna alle rijkere landen, wordt er gesproken van een zekere ‘carbon debt’, ofwel koolstofdebiet. Landen in de ‘Global South’ produceren in contrast juist veel minder CO2 dan toegestaan zou zijn, wat ook wel koolstofkrediet genoemd wordt. Dit komt deels doordat sommige van deze gebieden nog niet geïndustrialiseerd zijn. Als gevolg hiervan worden de arme landen dus slachtoffer van klimaatverandering die ze zelf niet eens veroorzaakt hebben.

Deze ongelijkheid is inmiddels al zo groot dat het zo is dat 10 procent van de wereldbevolking de helft van de CO2-uitstoot veroorzaakt. De armste 50 procent van de wereldbevolking veroorzaakt daarentegen maar 10 procent van de broeikasgassen. Er zijn zelfs theorieën die zeggen dat meer dan 140 miljoen mensen in Sub-Sahara Afrika hun woonplaats zullen moeten verlaten als gevolg van klimaatverandering. 

Maatregelen

De problematiek omtrent ‘climate justice’ is erg ingewikkeld, waardoor het moeilijk is om maatregelen te treffen om het te voorkomen of tegen te gaan. Toch zijn er binnen het juridische vakgebied een aantal mensen die zich erin verdiepen. Hierbij wordt meestal ingezet op de Verklaring van de Rechten van de Mens, aangezien ecocide ertoe kan leiden dat deze rechten niet meer volwaardig gewaarborgd kunnen worden voor de inwoners van een bepaald gebied. Een oplossing zou zijn om vanuit de VN steun te bieden, zoals dit vaker gedaan wordt in situaties waarbij de rechten van de mens in het geding zijn.

Daarnaast zijn er in het verleden gevallen geweest waarbij de groepen die het slachtoffer waren van klimaatverandering landen of staten voor de rechter gesleept hebben. Zo heeft de Miccosukee stam in 2004 het waterschap van Zuid-Florida aangeklaagd vanwege fosfor-vervuiling van het water in het gebied. Dit is echter zeldzaam, en heeft ook lang niet altijd een kans van slagen, aangezien het moeilijk aan te tonen is dat de klimaatverandering veroorzaakt is door één specifiek land. Het kan echter wel lukken, denk maar aan de zaak van Urgenda tegen de Nederlandse Staat omtrent de klimaatmaatregelen. Hoewel het in dit geval een NGO was die een land aanklaagde, laat dit wel zien dat het mogelijk is om overheden verantwoordelijk te houden voor de gevolgen van uitstoot.

Recente ontwikkelingen

Nu er steeds meer bekendheid ontstaat over het probleem, wordt er ook harder ingezet op definitieve maatregelen. Zo wordt momenteel online gepleit voor een wet die dergelijke vormen van ecocide erkent als grove misdaden, wat op dit moment nog niet het geval is. Aangezien in principe elk land de huidige wetgeving van het Internationaal Gerechtshof kan beïnvloeden zal het een kwestie van tijd zijn voor deze wet aangenomen wordt. Meer informatie hierover is te vinden op de website www.ecocidelaw.com​. Al met al wordt er dus actief aan gewerkt om tot een oplossing te komen.

*DuurzameStudent is zich bewust van de negatieve connotatie die hangt aan de term ‘Global South’, maar er is toch bewust voor deze term gekozen aangezien het in de dagelijkse discours de meest gangbare lijkt.

Wil je meer lezen over het onderwerp ‘climate justice’? Sinds 2010 is er een wetenschappelijk tijdschrift onder dezelfde naam, waarin de aspecten van het onderwerp nog gedetailleerder behandeld worden. Of lees ons artikel “Klimaatverandering raakt vrouwen harder, hoe dan?”, over de relatie tussen klimaatverandering en gendergelijkheid.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top